Veel woorden voor hetzelfde. In het jaar 1899 reden er 94.370 rond, 1 op de 5000 mensen had een fiets. Elf jaar later, in 1910 waren het al meer dan 500.000 stuks. Hoe snel kan het gaan.
Honderdenelf (111) jaar later.
Het aantal fietsen in Nederland in 2021 word geschat rond de 23 miljoen. Er zijn in Nederland dus meer fietsen dan inwoners. In 2000 lag het aantal fietsen in Nederland nog rond de 16 miljoen. De afgelopen jaren is het aantal fietsen dus gemiddeld met 350.000 exemplaren per jaar toegenomen.
Uit het boek; “een nieuwe wereld, het ontstaan van het moderne Nederland” van Auke van der Woud.
Wielrijders was tot in de jaren tachtig van de negentiende eeuw hoofdzakelijk weggelegd voor degenen die zelf over hun tijd beschikten en niet van zes uur ’s morgens tot zeven uur ’s avonds ter beschikking van een baas hoefden te staan. Het was aanvankelijk ook vooral een activiteit van de stedeling. Op het platteland kregen die in de zestig en zeventig te maken met boeren die de hond op hen afstuurden, waar de blinkende ‘machines’ maakten de paarden schichtig. Veel provinciale wegreglementen bepaalden dat de wielrijder moest afstappen zodra een nerveus paard naderde, maar de eerste generaties wielrijders wisten dat ze juist dan, als ze stil stonden te wachten, de meeste kans hadden om een klap van de zweep te krijgen.
-de rijwielen werden steeds beter en steeds goedkoper, er was een levendige handel in tweedehands exemplaren ontstaan en er was een psychologisch motief: velen hadden namelijk een onstuimig verlangen naar snelle verplaatsing met hoogst eigen bepaling van tijd en vertrek-
Velocipedes, 1898.
De smederij is in 1908 verkocht door Wilko van Koldam aan Abraham de Jonge. Op de achtergrond de smederij.
Rijwiel, 1899 en 1901.
Meinard Huizinga grofsmid, geboren in 1876 te Maarslag Leens, overleden in Middelstum 1943.
Fiets, 1899 en 1900.
Uit Engeland kwamen ook diverse merken, waar onder:
–Gladstone Cycles met: Prijs f. 175,– Eer ge een machine koopt van f. 300,–, kom dan eerst
deze 1e klas machine zien.
Familie Bruggema Ten Boer.
Johannes Bruggema is geboren in 1857 te Eppenhuizen. Zijn vader had dezelfde voornaam en was ook kuiper van beroep.
Het ambacht wordt ook kuiperij genoemd.
Kuipen worden toegepast voor het bewaren en vervoeren van onder andere vloeistoffen, denk daarbij aan wijn en bier, ook in de historische scheepsbouw waren kuipen onmisbaar. Behalve voor het
vervoer van vers drinkwater, drank en oliën, werden kuipen op grote schaal toegepast voor het versjouwen van vis, waarbij de vis in lagen – afwisselend met zout – in de ton werd gestapeld.
Johannes trouwde in 1883 met Heilke Romelingh van ’t Zandt.
Ze kregen elf kinderen, waarvan er vijf vroeg kwamen te overlijden.
Informatie van de site; Museum Station Kropswolde.
– Bruggema /Bruggema Johannes, Winkel in Rijwielen en onderd. , Winschoterkade 11 Gr. 1922-1953 .
Johannes Bruggema Jr. geboren 1886 in Ten Boer, overleden in 1965 Groningen.
– Bruggema /H. Bruggema, Winkel in rijwielen en onderdelen, reparatie-inrichting.Gr. 1951-1969.
Heiko Bruggema, geboren in 1907 Ten Boer, overleden 1976 Groningen.
– Bruggema /Bruggema Simsom Firma, Rijwiel reparatiewerkplaats Damsterdiep, Gr. 1925-1998.
Simon Bruggema, geboren in 1893 in Ten Boer, overleden 1970 Groningen.
Bruggema j. Winkelier in Rijwielen en huishoudelijke artikelen Veendam. -? voor 1921-1941
Dit is de Veendammer-tak van de familie Bruggema, Johannes Bruggema, geboren 1912 in Veendam. Zijn vader, Derk Bruggema was rijwielmaker.
Een neef van hem, Jakob Bruggema, zat in het verzet, lees het verhaal (google de naam Jakob Bruggema – Westerbork Portretten).
Jakob Bruggema is de jongste zoon van timmerman Jakob Bruggema (*24 september 1870, Eppenhuizen, gem. Kantens – † 24 september 1950, Groningen) en Harmina Woldhuis (*3 september 1876, Wittewierum – † 2 december 1961, Veendam). Zijn vader en moeder waren op 5 november 1903 in Ten Boer getrouwd. Jakob is geboren op 30 juni 1909 in Veendam. Zijn oudste broer Johannes is genoemd naar zijn grootvader van vaders kant en werd geboren op 17 maart 1905. Zijn oudere broer Eizo Arnold, genoemd naar zijn grootvader van moeders kant, heeft Jakob nooit gekend, want deze overleed op 3 mei 1908, nog geen elf maanden oud. Jakob groeide op in een gereformeerd gezin in de Nieuwe Laan 79.
Twee voorbeelden van fietsen uit de periode rond 1900.
Uit de collectie van Fongers Groningen 1900-1910.
In 1886 gaf de A.N.W.B. (opgericht in 1883) het allereerste boekje uit met fietsroutes voor pleziertochtjes. Het woord fiets was nog niet ingeburgerd. Het vervoermiddel heette ‘rijwiel’; de A.N.W.B. was de bond van ‘wielrijders’
bronnen: verder fietsen, oude beroepen, Delpher, Open Archieven, Westerbork portretten, Beeldbank Groningen, NRC, Fongers net, en Auke van der Woud.