Menu Sluiten

Bestaanzekerheid.

Bestaanszekerheid staat al sinds de herziening in 1983 in de grondwet, in artikel 20, eerste lid. De bestaanszekerheid van de bevolking is „voorwerp van zorg” van de overheid. Voor de herziening heette dit nog „armbestuur”. Het is een van de sociale grondrechten: opdrachten voor de overheid die individuele burgers niet kunnen afdwingen via de rechter.

Het denken erachter is ouder, zegt bijzonder hoogleraar economische en sociale geschiedenis Lex Heerma van Voss. Het komt terug in het gildenwezen en de armenzorg vanaf de zeventiende eeuw. „De gedachte: als jij als burger doet wat er van je verwacht mag worden – je leert een vak, je werkt en doet je werk goed – dan heb je recht op bestaanszekerheid en hoor je een net leven op te kunnen bouwen.” (bron: NRC 8 september 2023)

Uit het Nederlandsdagblad van vrijdag 25 september 2020.

Interview met Auke van der Woud.

Rond 1900 woonden er in Nederland vijf miljoen mensen, van wie er er twee miljoen arm tot straatarm waren. Hoe is het mogelijk dat nu zo onbekend is ?

‘Het is een ongemakkelijke, pijnlijke geschiedenis. Armoede was in de negentiende eeuw een enorm sociaal probleem. De staat kon niet iedereen een uitkering geven, banen scheppen was de enige optie. In onze buurlanden was het niet anders.’

‘ Het leven van de gewone mensen in de dorpen en gehuchten had twee kanten. Enerzijds geborgenheid en saamhorigheid, anderzijds sociale dwang. Velen vluchten eind negentiende eeuw van dorp naar stad. Kleinschaligheid is niet altijd leuk.’

Armenhuis, Moeshorn Ten Boer.

bron: Beeldbank Groningen, CHVTB. 1925-1930.

bron: Land en volk, 30 januari 1907.

bron: NvhN. 7 mei 1907.

Henderikus Reiziger, 10 april 1888 Kroddeburen – 30 april 1907 Ten Boer.

In de overlijdensakte wordt de naam Meinte van der Kamp (1861-1939) vermeld met als beroep huismeester.

bron: NvhN. 4 maart 1908.
bron: NvhN. 20 december 1912.
bron: NvhN. 27 september 1912.
bron: NvhN. 17 maart 1931.

Twee namen die ook in het armenhuis Ten Boer verbleven waren; Minne Koning en Riekske.

Over Riekske, is weinig tot niets bekend.

Uit het boek “Ten Boer in oude ansichten, fotonummer 5.

Op de voorgrond staat Riekske, rechtsvoor, die in het armhuis woonde en knecht was bij schoenmaker Ham. Harm Ham, schoenmaker 1866-1943.’

Diversen.

bron: Groninger Archieven.
bron: Huygens knaw.

Beeldbank Groningen.

Er staan zevenenvijftig foto’s van armenhuizen, in de provincie en de stad Groningen, op de beeldbank.

Alle Groningers.

De zoekopdracht ‘armenhuis’ levert meer dan honderd hits op.

De oudste vermelding is van 1720, Grietie Remts, zie boven. Grabe Meintje, voogdes armenhuis, overleed in 1899 te Beerta is de laatste vermelding.

Geschiedenis.

De zorg voor de minstbedeelden in de gemeenschap was van oudsher een taak van de kerk, al voor de Reformatie. De Gereformeerde kerk nam in haar kerkorde een drietal artikelen op die iedere lokale kerkgemeente verplichtte diakenen aan te stellen, speciaal belast met het toezicht op armen en de inzameling van aalmoezen in de kerk.

Vanaf 1827 was de armenzorg mede een taak van de burgerlijke gemeente geworden; veelal was het een aanvulling of ondersteuning van de zorg die de diaconie bood. Met de Armenwet van 1854 kwam hieraan een einde toen de activiteiten van beide zorgverstrekkers werden gescheiden.

De oude armhuiskamer van Ten Boer aan de Bloemstraat, inmiddels afgebroken.

(jaartal, naam van de vrouw en de fotograaf zijn onbekend)

bronnen:

Delpher, Ten Boer, eén gemeente, negen dorpen, M.Hillenga, NRC, Nederlands Dagblad, Beeldbank Groningen, Groninger Archieven, Huygens knaw, Ten Boer in oude ansichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Het modereren van reacties is ingeschakeld. Het kan even duren voordat je reactie wordt weergegeven.