“80 jaar na dato”
Nanning Zeldenrust.
Nanning Zeldenrust werd geboren in Ten Boer, op 15 maart 1925 en overleed op 26 juni 2012. Zijn 87-jarige leven werd voor een belangrijk deel bepaald door wat hij in de Tweede Wereldoorlog meemaakte.
Hij was 15 toen in 1940 de oorlog uitbrak en Nanning raakte betrokken bij het verzet. Begin 1944 werden in heel Nederland knokploegen opgericht en Nanning werd lid van de Knokploeg Noord-Drenthe. Knokploegen overvielen distributiekantoren en waren betrokken bij droppings. De KP Noord-Drenthe overviel het gemeentehuis in Assen en maakte daar persoonsbewijzen buit. In Grijpskerk werden radio’s uit het gemeentehuis gehaald, ze staken de oliebronnen van Schoonebeek in brand en het distributiekantoor van Coevorden werd overvallen om bonkaarten te bemachtigen.

In september 1944 werden de Binnenlandse Strijdkrachten opgericht. Alle verzetsgroepen kwamen onder het bevel van Prins Bernard. Eind september vonden er steeds meer droppings plaats: containers met wapens werden afgegooid en soms een geheim agent. De bedoeling was de weg voor de geallieerden vrij te maken en hen zo goed mogelijk te ondersteunen. De KP-ploeg had als taak geschikte afwerpterreinen te zoeken en die door te geven aan het Bureau Bijzondere Opdrachten in Londen die de acties van het verzet coördineerde.
Bij het bergen van de containers was hulp van de boeren in de omgeving onmisbaar. De zware containers werden op een wagen geladen, moesten soms uit de sloot gehaald worden en werden naar een boerderij in de buurt gebracht. De volgende dag werden de spullen naar de juiste plek gebracht.
Eind september werd bij Orvelte geheim agent Rudi Blatt afgeworpen. Hij wordt ondergebracht op de afgelegen boerderij van Pieter Nijdam. Hij onderhoudt daar het contact met Londen. De patrouilles van de Duitsers nemen toe, maar Londen besluit tot een laastste dropping, bij Bruntinge, in de nacht van 23 op 24 oktober ‘44.
Een paar dagen later, op 26 oktober, gaan zeven KP-ers, waaronder Nanning Zeldenrust, op weg om de laatste containers te bergen. Wat ze niet weten is dat de zender van Rudi Blatt die middag gepeild is: de Duitsers hebben de boerderij van Nijdam in Orvelte bezet.
In de documentaire “De Gideonsbende” (EO/Omroep Drenthe) vertelt Nanning Zeldenrust wat er gebeurde:
“de avond van onze arrestatie, toen waren we op weg naar een droppingsveld bij Bruntinge en we reden met een groepje van zeven personen, vlak achter elkaar, geen licht aan. Voor de meesten was het onbekend terrein, maar degene die de leiding had, die wist wel waar we langs moesten. Dus we zaten op een smal fietspaadje, dat ging richting Witteveen, Borkerveld, en ineens was het….stonden we boven op mekaar…”
De mannen worden opgepakt en naar de boerderij Nijdam gebracht.
Nanning Zeldenrust: “tegen de muur aan, handen omhoog. En zo hebben ze je meteen goed te pakken. Ja, voor we in de kamer waren, hadden we de eerste klappen al te pakken. Toen in de kamer begon het meteen, hè, één voor één voor het verhoor. En de hoeveelste ik was weet ik niet, maar ik kwam ook aan de beurt en ik had gelukkig op dat moment geen revolver bij me. Die had ik aan een ander gegeven, want ik was net een week, veertien dagen tevoren ziek geweest, difterie gehad. Ik had geen revolver op zak en ik dacht: ik probeer te doen alsof ik er niet bij hoor. Dat is geen verraad aan de jongens: als ik weg kan komen, is dat alleen maar goed. Dus ik had zo’n verhaal, ja ik ben met zo’n groep meegefietst, ik wilde naar mijn familie in Nieuwlande, want ze hebben in Ten Boer alles onder water gezet. Zo ben ik begonnen met mijn verhaal. En dat accepteerden ze eerst wel even. Ik mocht de kamer weer in, de volgende… Ja, die had een ander verhaal, die kende mij ook, die had de revolver van mij gekregen, dus toen moest ik weer, en toen was het meteen mis natuurlijk. Proberen ze je met een paar man met het hoofd tegen de muur aan te gooien of ze slaan je met een revolver boven op je hoofd en dat soort dingen. “
De mannen worden de hele nacht verhoord.
Nanning Zeldenrust: “De volgende ochtend werden we in Duitse vrachtwagens geladen en toen hadden we natuurlijk niet in de gaten waar ze ons heen zouden brengen. Misschien hebben we wel even gehoopt: ze maken ons direct van kant, maar dat was heel onlogisch, want ze moesten nog veel meer van ons gewaar worden. Ze brachen ons dus naar Assen, naar het Huis van Bewaring. En onderweg hoorden we Engelse vliegtuigen, en toen dacht ik: ik wou dat die vliegtuigen maar een aanval deden op de vrachtwagens. Ik wou graag dat ze ons doodschoten. Dan waren we er af. Dan konden de Duitsers niets meer van ons gewaarworden, want daar ging het uiteindelijk om.”
De mannen werden nog drie weken verhoord, ze zaten allemaal apart in een cel. Zo nu en dan werden ze opgehaald door SD-ers en landwachters en werden ze verhoord. Ze werden geslagen en soms vastgebonden.
De overgebleven leden van de KP maken een plan om de mannen te bevrijden. De angst bestond dat de KP-ers gedood zouden worden. Later bleek dat dit vermoeden juist was; de bevrijde groep zou een dag na de bevrijdingsactie, op 12 december 1944, worden geëxecuteerd.
Eén van de gevangenisbewakers kon helpen. Hij vertelde dat tussen 7 en 8 uur ‘s morgens er alleen Nederlandse bewakers waren. De Duitse nachtploeg vertrok om 7 uur en de dagploeg kwam om 8 uur. Er was dus ongeveer één uur dat er geen Duitse bewaking was. Marie Bulthuis (Greet), de koerierster van de KP Noord Drenthe, heeft drie ochtenden gepost bij de gevangenis om te controleren of het klopte. Op een avond kwam geheim agent Bob langs en die vertelde dat “Londen” het plan had afgekeurd vanwege de grote risico’s. Maar de groep besloot het toch door te zetten.
Nanning Zeldenrust: “zoals we in de cel zaten, nou ja, we, iedereen heeft de eerste weken wel alleen gezeten. Ik heb in ieder geval veertien dagen alleen in de cel gezeten en dat was ook wel duidelijk waarom: wij moesten nog verder voor ‘t verhoor, dus wij moesten geen contact met elkaar kunnen hebben. En wat er zo’n hele dag door je heen ging, dat weet je eigenlijk niet. Ik weet wel dat ik heel veel in de Bijbel gelezen heb toen. Daar lag een Bijbel en daar heb ik heel veel in gelezen, heel veel. Soms hoor je wel, het geloof heeft mij er door geholpen, en dat is natuurlijk een heel belangrijk ding, maar het geloof is niet zodanig dat je kunt zeggen: oh, nou komt alles goed, ik kom er wel uit. Dat is ons helemaal niet beloofd. Er zijn heel veel gelovigen gesneuveld, heel veel ongelovigen, dat maakt verder helemaal niets uit. Daarom kun je wel veel aan je geloof hebben, maar ik was ook nog vrij jong, negentien jaar, en dan sta je nog anders in het leven. Je wilt ook helemaal niet graag sterven. Ik had zo af en toe de gedachte van: misschien loopt het met mij in zoverre goed af, ik ben de jongste, misschien houden ze daar rekening mee. Een andere keer dacht je: nee, dat gebeurt vast niet. Maar zo heb je je twijfels. En ‘s nachts droomde ik, en ik denk dat dat iedere nacht gebeurd is, ‘s nachts droomde ik dat ik er uit was, dat ik bevrijd was. Maar je werd de volgende morgen ook weer wakker en dan zat je er weer in.
Hoofdkwartier van de voorbereidingen voor de bevrijdingspoging was het ouderlijk huis van KP-er Jan Bulthuis aan de Kloosterstraat 9, vlak bij het Huis van Bewaring. De bevrijdingsactie zou plaatsvinden op maandag 11 december 1944. Vader Bulthuis leest de avond tevoren uit de Bijbel: Richteren7, de verzen 9, 10 en 11. Naar aanleiding van die verzen noemden ze zich de Gideonsbende. ‘s Morgens neemt Marie haar post weer in tegenover het HvB. Om kwart over 7 vertrekken de Duitsers en Marie waarschuwt de rest van de KP.
Nanning Zeldenrust: “Op de normale tijd, ‘s morgens om een uur of half acht, ging de celdeur open. Zonder op te kijken pak ik een teiltje en die wou ik buiten de deur zetten, daar kwam dan wat water in. En toen hoor ik de cipier zeggen: dat hoeft vanmorgen niet. Nou, toen ging onmiddellijk door mij heen: dit is de laatste dag, wij gaan eraan. Maar ik keek omhoog en daar zag ik nóg één van onze ploeg, Bastiaanse. En toen dacht ik: die hebben ze ook al! Dat vond ik gewoon even verschrikkelijk. Ik denk: die ook al, nou gaat alles eraan. Maar dat duurde maar even en ik zag dat hij gewapend was. En Bastiaanse nam natuurlijk ook direct initiatief: namen? Om ze op zijn lijst door te halen en d’r uit!”
In veertien minuten waren 31 gevangenen vrij en in de auto’s geladen. Iedereen werd ondergebracht op een onderduikadres.
Twee dagen na de bevrijding is er een razzia in Veenhuizen en de boerderij Woering wordt binnengevallen. De ouders en zus van KP-er Hendrik Woering worden verhoord door de SD in een villa in Norg, door de zgn. Bloedploeg. Ze gaan daarna naar het HvB in Assen. Moeder en dochter worden na enkele maanden vrijgelaten, vader gaat met 70 anderen naar Neuengamme. Niemand overleeft. Toch lijkt dit allemaal geen represaille voor de bevrijdingsactie, een dokter in Veenhuizen heeft de zaak verraden.

De Gideonsbende trok zich terug in een hol dat zij de Prins Bernhardkazerne noemden in het Drents-Friese Woud bij Appelscha. Daar worden ze getraind door de gedropte sergeant Willem van der Veer ter voorbereiding op de naderende bevrijding. De groep is in april 1945 samen met Franse para’s betrokken bij het veroveren van bruggen.



Nanning Zeldenrust trouwde in 1950 met Grietje (Gré) Wubs en kreeg zeven kinderen. Voor zijn rol in de oorlog kreeg hij het Verzetsherdenkingskruis.

Volgende week woensdag 5 maart.
Het portret van Auke Anton Sybenga.
Portrettengalerij:
familie Kwant 15 januari, Alko van Iddekinge 22 januari, Rosetta Cohen en Hartog van Hasselt 29 januari, Kornelis Willem Medema 5 februari, Harm Mulder 12 februari en Tjeerd Elsinga 19 februari jl.
Aan het eind van alle portretten worden de bronnen die gebruikt zijn voor het schrijven van de verhalen vermeld.