Menu Sluiten

Portretgalerij.

“80 jaar na dato”

Auke Anton Sybenga.

bron: collectie D.J. Sybenga.

De Duitse inval in Nederland op 10 mei 1940 betekende het einde van de militaire opleiding van Auke Sybenga uit Woltersum. Auke was in 1939 geslaagd voor het toegangsexamen van de KMA in Breda, maar de bezetter beëindigde de opleiding in 1940. Auke schreef zich vervolgens in bij de Landbouwhogeschool in Wageningen, waar hij vanaf september 1940 Cultuurtechniek ging studeren. Hij woonde met een aantal andere studenten in een studentenpension aan de Lawickse Allee in Wageningen.

Auke was op 30 juli 1920 geboren op een boerderij in Blokum bij Woltersum. Hij was de jongste zoon van Derk Jan Sybenga en Wilhelmina Verlare. Hij had twee oudere broers en een oudere zus. Zijn moeder overleed in 1940 en zijn oudere broer Jacobus Jan in juni 1945.
Auke ging in Ten Boer naar school; hij was gereformeerd en ging naar de School met de Bijbel. Na de christelijke HBS in Groningen schreef hij zich in bij de KMA in Breda.

In de eerste oorlogsperiode ging het voorspoedig met de nieuwe studie van Auke aan de Landbouwhogeschool. Hij deed examens en liep stage in Anloo voor het vak Landmeten. In december 1942 haalde hij het (kandidaats)examen voor Landmeten en voor Agrarisch Recht. Hij raakte in die jaren ook betrokken bij het studentenverzet.

In januari en februari 1943 vonden er razzia’s plaats op studenten. In januari naar aanleiding van de roof van persoonskaarten in Wageningen en in februari naar aanleiding van de moord op NSB-generaal Seyffardt. De studenten van de Landbouwhogeschool werden verdacht van betrokkenheid. Er werden 49 studenten gearresteerd en afgevoerd naar kamp Vught. Veel studenten vertrokken, zeker toen in april ‘43 het tekenen van de zogenoemde loyaliteitsverklaring verplicht werd om verder te kunnen studeren. Niet tekenen betekende de Arbeitseinsatz: tewerkstelling in Duitsland. Veel studenten doken onder en werden actief in het verzet.

Auke vertrok al in februari met zijn studievriend Leo Troost naar Roosendaal en Tilburg. In Tilburg had hij gewoond tijdens zijn studieperiode aan de KMA in Breda.
Auke en Leo zwierven een paar maanden door het land, waarbij ze ook een tijdje ondergedoken zaten in Bennekom, bij huisarts Van Omme. In augustus ‘43 verloofde Auke zich met de dochter van huisarts Van Omme: Hansje. In oktober ‘43 kwamen Auke en Leo in dienst bij het Bureau Oogstvoorziening als landbouwkundigen. Hun standplaats was Tilburg.

In september 1944 waren Auke en Leo weer in Wageningen en daar maakten ze op de 17e september het bombardement op de wijk Sahara mee (naar de gele zandpaden in de wijk). Het was een vergissingsbombardement: de bommen waren bestemd voor Duitse doelen op deze dag waarop operatie Market Garden begon. De dagen erna werden ze door de verzetsgroep Albrecht ingezet om troepentransporten te noteren en om geallieerde militairen over de Rijn te brengen en te verbergen in de Betuwe.

Op 1 oktober ‘44 moesten alle inwoners van Wageningen de stad verlaten. Auke en Leo gingen naar Hansje en haar familie in Bennekom, tot op 21 oktober ook daar het bevel kwam voor alle inwoners om te vertrekken. De hele familie, inclusief Auke en Leo, vond onderdak in Ede, een paar kilometer verderop.

De verzetsgroep Albrecht, waar Auke en Leo deel van uitmaakten, was de belangrijkste groep voor het verzamelen van militaire inlichtingen die in de Tweede Wereldoorlog in Nederland actief was. De groep ontstond nadat Henk de Jonge op 11 maart 1943 onder de codenaam ‘Albrecht’ in het Drentse Hooghalen gedropt werd. Hij was als geheim agent naar het bezette Nederland gezonden door het Nederlandse Bureau Inlichtingen in Londen. Een groep opzetten voor het verzamelen van militaire en economische inlichtingen die van belang konden zijn voor de oorlogsvoering was zijn belangrijkste taak. Het centrum van de organisatie lag in het begin in het westen van het land, maar na de opmars van de geallieerden werd het hoofdkwartier verplaatst naar Rheden en Veenendaal.

Op dinsdag 21 november werd in Veenendaal op verschillende adressen een inval gedaan door de SD. Auke was op bezoek bij Jan van Doorn, die in de schoenenwinkel van zijn vader was, toen ook daar een inval plaatsvond. De schoenenwinkel was een contactadres van de Raad van Verzet (een koepelorganisatie van verschillende verzetsorganisaties). Hij werd meegenomen naar Apeldoorn. Hansje en haar moeder hoorden ‘s middags, toen ze Auke in Veenendaal op wilden halen, van zijn arrestatie en werden door de nog aanwezige SD verhoord. Na het verhoor werden zij vrijgelaten.

Auke werd op 1 december overgebracht naar kamp Amersfoort en op 2 februari 1945 naar concentratiekamp Neuengamme gedeporteerd. Tijdens het transport gooide hij in de buurt van Groningen een briefje uit de trein: “Ik ben op doorreis naar D., Sybenga”. Dit laatste levensteken heeft uiteindelijk zijn familie nog bereikt. Vanuit Neuengamme werd Auke overgebracht naar het satelietkamp Wöbbelin. Hij overleed daar op 6 maart 1945 aan dysenterie en is begraven op het dorpskerkhof van Wöbbelin. Hij is dan 24 jaar oud.

Neuengamme was een concentratiekamp ten zuidoosten van Hamburg. Het was aanvankelijk in gebruik als dependance van Sachsenhausen. Vanaf juni 1940 was het een zelfstandig concentratiekamp met heel veel zogenaamde buitenkampen in heel Noord-Duitsland. Rond de jaarwisseling van 1944 op 1945 gaf de SS-commendant van Neuengamme opdracht tot het bouwen van een nieuw buitenkamp in Wöbbelin bij Ludwigslust. Bij de bouw van het kamp zijn heel veel gevangenen omgekomen. Door het gebrek aan voedsel, de onbeschrijfelijk slechte hygiëne en ontbrekende medische verzorging stierven de gevangenen bij honderden tegelijk. Het kamp werd nooit afgebouwd en zou maar tien weken dienstdoen. Ruim 5000 gevangenen werden in Wöbbelin ondergebracht en meer dan 1000 kwamen in de tien weken van het bestaan van het kamp om. Ze werden op last van de Amerikaanse bevrijders begraven in Ludwigslust, Hagenow, Wöbbelin and Schwerin.
Een medegevange van Auke zegt over hem in een gedenkboek: “Zijn gehele leven was een getuigenis van deze liefde voor zijn God, de tijd in de concentratiekampen wel het meest, want hij was het, die ‘s avonds in de ziekenzaal van Wöbbelin uit zijn bijbel voorlas en bad met zijn medegevangenen, die even als hij slechts de dood voor ogen hadden”.

bron: vocg.

Volgende week woensdag 12 maart.

Het portret van Hendrik Heys.

Eerder gepubliceerde portretten 2025:

Cohen Rosetta, 29 januari.

Elsinga Tjeerd,19 februari.

Hasselt Hartog van 29 januari.

Iddekingen Alko van, 22 januari.

Kwant Theda en Jan, 15 januari.

Medema Kornelis Willem, 5 februari.

Mulder Harm, 12 februari.

Zeldenrust Nanning, 26 februari.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *