Deze dag beschreven in twee verslagen, de eerste van de hand van burgemeester Scherphuis en de andere van de 15-16 jarige Klaas Fongers.
Dinsdag 17 april.
Tot 2 uur gewaakt, daarna ingesluimerd, om 4 uur wakker door geloop vóór en op zij van het huis.
Aal* bij ons op de kamer: Vader, allemaal Moffen om ’t huis. Wij voorzichtig naar beneden. Ik kon wel gestalten onderscheiden maar ’t was te donker om te zien dat ’t geen moffen waren.
Onderwijl we opstonden begon het schieten. Tijd om kleren aan te trekken was er niet. De kelder was te voren met matten belegd en met stoelen e.d. geriefelijk gemaakt.
De Willemsen’s waren al op. W. had 2 overjassen bij zich waar ik 1 van aankreeg. Overigens hemd, onderbroek, sokken. Pantoffels.
Onderwijl we naar beneden gingen werden ook met een klein kanon geschoten en met een zwaar machinegeweer, zoo dat we snel maakten beneden het maaiveld te komen.
Daar maar afwachten, de minuten leken wel uren. Plotseling hooren we loopen boven ons en wat erger was – Duitsch sprekers.
*Aal is hun jongste dochter, Aaltje Temma 1921.
Nein -gerad aus ! Klonk het. Alle deuren werden geopend en weer gesloten. De zijdeur ontsloten en er kwamen meer mannen binnen. Eindelijk – de kelderdeur open. We hielden den adem in. Zelf de hond, die anders direct aanslaat, gaf geen kik.
Sind hier Deutsche ? – nee !
No Germans ? – nee !
No Mof’s ? – nee Hollanders.
Twee mannen kwamen de trap af, zaklantaarn – machinepistool in den aanslag.
Toen ze ons groepje zagen was het o.k.
All Holland here ? Hallo Tommy’s No Canadians. You are all free now !
We vielen de mannen bijna om den hals. Vrij !
’t Was meer dan we op dat oogenblik konden verwerken. Ik kreeg van den voorman zijn half opgerookte sigaret en Aal en ik mee naar boven. In de werkkamer op de duidelijke stafkaart aan den commandant die inmiddels was gehaald, de plaats waar
Klaas Fongers, 1931-2008.
“How do you do” Best man.
Persoonlijke belevenis op 17 april 1945 en enkele gebeurtenissen die aan deze datum vooraf gingen.
Mijn tweeling neven waren op visite bij familie, 10 mei 1940 oorlog 9 mei ’s avonds nog opgehaald uit Eelde i.v.m. oorlogsdreiging.
Bruggen werden opgeblazenen het glas en aardewerk op het aanrecht rinkelde. Niet gegeten, geen trek. Vlug aangekleed en naar buiten. Bij huize Wigbold zijn Hollandse soldaten bezig de A.N.W.B. handwijzers te verwijderen. Mijn opmerking, dat ze maar moesten stoppen met dat werk omdat ze de strijd toch zouden verliezen leverde mij een trap in mijn achterste op.
’s Middags om goed 3 uur reden de eerste Duitse motoren met zijspan voor ons huis langs, één stopte, 2 Herren stapten af, kwamen onze slagerswinkel binnen, kochten elk een metworst, betaalden prompt en vervolgden hun reis. De rest van de vleeswaren verdwenen snel van voor de etalage onder de toonbank, want deze klandizie waren we niet op gesteld, want de “Herren” beweerden n.l. dat de Duitsche-Reichmark nu ook 1 gulden waard was. In plaats van f.0,75 en wensten dus het wisselgeld conform. Het verwijderde A.N.W.B. borden had toch nog effect.
De Duitsers moesten richting Bedum dus rechtsaf bij huize Wigbold. Maar sommigen gingen linksaf en reden dus rondjes om de oude dorpskern of belanden in het groenland van Top’s wier en soms hoorde je Teutoonse vloeken.
Ook passeerden enkele pelotons wielrijders zonder te stoppen.
Midden 1943 ging ik naar de Mulo in Groningen. De Turfsingel MULO was gedeeltelijk bezet door de Duitsers en wij van de 1ste klassen moesten naar de kweekschool in de H.W.Mesdagstraat.

bron: Sievert Bodde, zie ook 19 februari jl.een eerder verhaal van Klaas Fongers.
Op een middag op weg naar huis was de Hollandse politie aan het dreggen in het Damsterdiep.
Terwijl wij toekeken haalden ze een manspersoon uit het water door het hoofd geschoten, een slachtoffer van de S.D.
Toen wij eens op het Trekpad bezig waren kraaiennesten uit te halen zei ik dat we de Duitsers moesten “testen” of ze alert waren i.v.m. nu de Geallieerde vliegtuigen.
Binnen 5 minuten kwamen een Duitse stafauto met 4 hoge omes aan. Ze zagen ons in de lucht kijken en met gezinde spoed reden ze onder een dikke boom en met gillende remmen kwamen ze tot stilstand. Gelukkig was het een bewolkte dag en we zeiden dat we tussen de wolken vliegtuigen hadden gezien.
Zondag 15 april 1945 werden er 3 schepen en de Boltdraai opgeblazen met extra zware ladingen.
Door de luchtdruk sneuvelde onze winkelruit.
Dinsdag 17 dinsdag 1945 rond 5 uur in de morgen klonk het eerste salvo
M.G. vuur. Snel aangekleed en in de kelder. Na goed 1 uur werd het vuren minder en zag ik kans uit de kelder te “ontsnappen” want ik wou de gevechten van wat dichterbij zien, maar het was mij bijna noodlottig geworden. Op mijn tocht naar de brug waar al de actie was, moest ik bij het postkantoor over de wegkruising. Ik had misschien 10 meter afgelegd, toen ik werd beschoten, ik liet me meteen vallen in volle dekking en bleef doodstil liggen, meteen stopte het schieten. Na een poosje kroop ik terug, op m’n ellebogen, een soort tijgersluipgang, tot dat er een huis tussen mij en de Canadese schutters was.
Daarna keerde ik snel terug huiswaarts.
Frits van Bruggen, die een eindje voor mij lag, was in een greppel gesprongen.
Mr. Meijer was niet zo gelukkig. Hij werd in het lichaam gewond en overleed twee dagen later in het Ziekenhuis te Groningen. Het ironische van dit drama was dat meester Meijer Engelse les gaf aan de rijpere jeugd, zodat zij met de bevrijders konden communiceren. Inmiddels was ik weer thuis. Mijn Moeder en ik gingen in de woonkamer en wachten op de dingen die komen konden.
Een patrouille militairen kwam met geweren in aanslag aanlopen. Mijn Moeder zei;
kom bij dat raam weg “Duitsers”. Maar ik bleef staan, deze militairen hadden platte helmen; ik zei; het zijn Tommies, wij wuifden en de mannen in khaki wuifden terug, toen snel naar buiten en de eerste beste Canadee zei “ How do you do”
en mijn Moeder antwoordde paraat “Best Man”.
Meer soldaten kwamen en Bren Carriers En toen plotseling was de Wigboldstraat vol mensen. De emoties kwamen los en o.a. Mevr. Makkes liep met een grote schaal pannenkoeken voor iedereen die er zin in had. Het was het begin van een dag die ons nog lang zou heugen.
De Canadese soldaten die ons bevrijden behoren bij de;
68 Queens Cameron Highlanders of Canada
The Royal (?) Rifles. Een dag of 5 later kwamen de
41 Royal Engineers, + RCCS Royal Canadian Cops of Signals.